Eerder schreef ik al dat ik naar Parijs zou gaan voor een conferentie van de EBSN, oftewel de ‘European Beat Studies Network.’ Mijn doel was om meer te leren over de Beats en om met mensen in contact te komen die meer wisten over Jan Kerouac, auteur van Baby Driver en Trainsong en dochter van Jack Kerouac. Dat is gelukt: ik heb haar biograaf Gerald Nicosia ontmoet. Hij was goed bevriend met Jan Kerouac en werkt aan een biografie, The Last Days of Jan Kerouac. De biografie is nog niet af, maar een paar hoofdstukken zijn al uitgegeven in de vorm van een klein chapbook, dat ik op de conferentie gekocht heb. Maar hoe is het mij verder vergaan?
Het was FAN-TAS-TISCH! Echt waar. Ik overdrijf niet als ik schrijf dat ik me in tijden niet zo gelukkig heb gevoeld. Ik heb drie dagen lang alleen maar lopen stralen en als een spons, de blijst mogelijke spons, enorme hoeveelheden kennis over ‘de Beats’ in me opgezogen. Nu heb ik een collegeblok vol aantekeningen (in hanenpoten … ) en een hele rits aan boeken, schrijvers en andere dingen waar ik meer over wil weten. En veel inspiratie om ook zelf te gaan schrijven. Een goede oogst dus.
Dat ik zo’n blij ei was daar in Parijs kwam niet alleen omdat ik de materie (waarover later meer) zo interessant vond, maar had ook alles te maken met de andere conferentiegangers. Die ‘beat scholars’, dat is best een bijzonder slag mensen. Geen nette ernstige academici in jasje-dasje [sorry voor dit stereotype] maar wel intelligente, eigenzinnige en warme mensen. En soms ietwat tegendraads, maar dat is natuurlijk volstrekt begrijpelijk als het je werk is om The Beats te bestuderen.
De EBSN is nadrukkelijk een club die er niet alleen is voor academici, maar ook voor vertalers, critici, journalisten en dichters, schrijvers en andere kunstenaars. Er waren zelfs mensen op de conferentie die de Beats nog gekend hebben. Hierdoor ontstond een zeer gemêleerd gezelschap, waartussen ik me erg thuis voelde.
Tijdens het welkomstdiner aten we aan lange tafels een driegangendiner onder de luifel van een hip tentje aan de Seine , in de buurt tegenover Bercy, aan de linkeroever, la Rive Gauche. Ik zat tegenover een vertaler Duits en samen kwamen tot de conclusie dat The Beat Generation voor de mensen op deze conferentie veel meer was dan alleen een interessant studieonderwerp. Iedereen was zó gepassioneerd! Iedereen had wel iets bijzonders met de Beats, iets dat veel verder ging dan alleen intellectuele interesse. Zo veel liefde voor een stel dode schrijvers …
Dan nu over tot mijn literaire ontdekkingen – ik ben tenslotte niet voor niets “literair avonturier.” Ik houd het bij een kort lijstje, want wellicht volgen er nog meer blogs. Op de conferentie heb ik ontdekt:
- Paul Bowles, waar ik een paar dagen geleden al een blog over schreef. Geen echte Beat, maar wel iemand die The Beats geïnspireerd heeft.
- Alfred Chester, een bijzondere verschijning die woonde en werkte in Parijs, Tangiers en uiteindelijk Jeruzalem, waar hij doordraaide, aan de drugs raakte en veel te jong overleed. Lees hier meer over deze unsung hero, op de boekenpagina van The Guardian.
- Haiku. Yuku Otomo, een Japanse kunstenares en dichteres die in New York woont, hield een prachtig verhaal over haiku, en dan vooral over de esthetiek: wabi, sabi en karumi. Yuku was ook groot fan van Kerouacs haiku.
- Door de conferentie is mijn liefde voor Kerouac weer aangewakkerd. Bovenaan mijn lijstje staat het lange gedicht Mexico City Blues.
- Ik wil meer weten over de vrouwelijke Beats: Carolyn Cassidy, Diane di Prima, Joanne Kyger, Jane Bowles, Ruth Weiss, Elise Cowen, en Joyce Johnson.
- Candy . Deze beroemde erotische roman uit 1958 werd geschreven door “Maxwell Kenton” a.k.a. Terry Southern en Mason Hoffenberg en werd uitgegeven door de Franse dirty books uitgeverij Olympia Press (tevens uitgever van Burroughs) en later door Putnam Books in de VS, zonder toestemming nota bene, waarna het een behoorlijke bestseller werd en beide schrijvers ontzettend veel royalty’s misliepen. In 1968 verfilmd als “pornografisch satire” met Ewa Aulin in de hoofdrol en met oa Marlon Brandon, Richard Burton, Ringo Starr en Charles Aznavour. Ik ben nieuwsgierig.
- William Burroughs (Dûh.) Als The Sheltering Sky uit is ga ik me maar eens aan zijn cut-up boeken wagen. Zes jaar geleden was Naked Lunch echt nog veel te raar voor me, maar de conferentie heeft me veel nieuwe inzichten gebracht, waardoor ik het nu wel weer aandurf. Ik ga beginnen met The Wild Boys: A Book of the Dead. De man achter de kassa in boekhandel Shakespeare & Company vroeg me nog: weet je dat wel zeker? Heb je al eerder Burroughs gelezen? Ik ben heel benieuwd of ik er doorheen kom. En anders ken ik nu genoeg Burroughs-experts (op de conferentie vaak te herkennen aan hun hoofddeksels) om vragen aan te stellen!