Waarom had hij zijn vader achtergelaten? Van de één op de andere dag was hij veranderd in een collaborateur, een lafaard die heulde met de Duitsers, een ontaarde zoon die plotseling het huis verliet en zich aansloot bij de moffenminnende NSB’ers. Tot op de dag van vandaag, tot op het uur waarop hij in zijn favoriete oortjesstoel was gaan zitten en tot op de minuut waarin hij nu zijn pijp aan het stoppen was, had hij daar spijt van.
Die dag in 1943, waarop hij eindelijk het monsterlijke labyrint van Mussert had weten binnen te dringen en bij die verachtelijke man in de wagen had mogen stappen, was begonnen als een belangrijke overwinning op de Duitsers, maar geëindigd als een tragedie. Toen ze de Waalbrug op hadden willen rijden hadden zich op het midden van de brug een groepje mensen verzameld. Een man had zich juist van de brug af laten storten in het snelstromende water van de Waal, schreeuwend en wel.
Die morgen nog, zo bleek later uit het politierapport, had iemand de man met betraande ogen en starend in de verte op de brug zien staan, terwijl hij prevelde ‘Mijn zoon, een verrader? Hoe kan dat nu? Mijn zoon, een verrader? Hij was altijd zo moedig, zo heldhaftig. Niets was hem te gortig; altijd ging hij de strijd aan met de monsters van deze wereld, stierenkoppen die het woord mens onwaardig zijn. En nu heeft hij zich aangesloten bij die smerige Mussert. Hoe is het mogelijk?’ De vriendelijke voorbijganger had hem geprobeerd te troosten, maar was daarin, pratend als een brugman, niet geslaagd.
‘Wat is er loos?’ had Tessel met zijn hoofd uit het door hem open gedraaide raampje van de wagen gevraagd aan één van de brigadiers.
‘Een oude baas heeft zich van het leven beroofd. Naar ’t schijnt is z’n zoon een verrader.’
Tessel had het portier opengegooid, was de auto uitgesprongen en stond in drie stappen aan de reling van de brug, zonder dat hij het wist precies op de plek waar enkele minuten geleden zijn vader nog had gestaan, voordat hij over de reling heen was geklommen en zich in de Styx had laten vallen, zonder Charon zijn muntje te geven. De straffe wind op de brug maakte golven op het water die ook in zijn haar zaten, en zijn haar waaide naar waar het golfde.
‘Niets meer van te zien, meneer Mussert’, had Tessel gezegd terwijl hij rustig weer instapte, nog geheel in het ongewisse omtrent het lot van zijn vader, maar toch met een wat vreemd gevoel in zijn onderbuik.Blauwe rook kringelde uit Tessel’s pijp en kronkelde onnavolgbaar als de Meander door de zonnige voorkamer. Zijn gehavende gezicht stond op oneindig, een witte lok viel over het litteken op zijn slaap. Hij had de stier geslacht, zijn taak volbracht, de NSB een flinke knauw gegeven. Maar de zwarte zeilen had hij, onnadenkend in al zijn trots, even zo gemakkelijk laten hangen.
Love your blog!
So do you want to follow this blog: http://www.gossipgirlnetherlands.wordpress.com THAT WOULD BE AWESOME!